Is het geloof in Jezus de reddende factor, of zijn het de goede daden? Geloven of goede daden hebben een andere constante factor nodig om gered te worden. Jezus spreekt over twee kudden; de constante factor is nederigheid. Nederigheid met goede daden of nederigheid met geloof en goede daden zijn de reddende factoren. Zeer veel gelovigen zijn hoogmoedig en worden afgewezen door Jezus zelf: Mattheüs 7:21-23. Het gaat bij veel gelovigen om :ik moet gered worden, terwijl Jezus het heeft over :dienen.
GOEDE DADEN
De huidige christenen vertellen over de liefde van God.
Als je ze gelooft, dan heeft de mensheid een verschrikkelijk lot.
Ze zeggen dat je in Jezus moet geloven om gered te worden.
Goede daden doen staat niet op hun goddelijke richtingsborden.
Paulus oordeelde de christenen die anders wilden geloven,
Hij zei erbij: Die daarbuiten oordeelt Hij van daarboven.
Jacobus 4:6 heeft het over hoogmoed en nederigheid.
Is Jacobus dan de kluts en de liefde van God kwijt?
Jacobus heeft gelijk, nederigheid en liefde gaan juist samen.
Ook zonder het geloof in Jezus zegt God hierop het amen.
De voorwaarde om gered te worden is de nederigheid.
Geloof en nederigheid zorgen samen voor rechtvaardigheid.
Als je goede daden doet zonder te geloven in de juiste God.
Dan zal God je echt louteren als goud; zo is dan je lot.
Iemand die in nederigheid goede daden doet, is als goud.
Dat louteren werkt een paar foutjes weg voor jouw behoud.
Ondanks dat christenen zeggen dat de bijbel onfeilbaar is,
Ze lezen de bijbel voor de helft en interpreteren dus mis.
Als je sterft, dan gaan velen terug naar hun oorsprong.
Die oorsprong wordt niet vertelt met de christelijke tong.
De oorsprong ligt in de hemel; daar komt iedereen vandaan.
Je bestond al als mens; je kunt de bijbel erop naslaan.
In de bijbel worden de mensen engelen of goden genoemd.
Goede daden in nederigheid gedaan zijn niet verdoemd.
Jezus heeft het over twee kudden die Hij moet halen.
De beide kudden spreken over nederigheid, hun levensverhalen.
De ene kudde zijn de gelovigen, de andere kudde is dat niet.
Beide kudden deden de goede daden, het is God die het ziet.
Ik weet het zeker, ik zou er zelfs om willen wedden.
Gelovig of niet, het zijn de goede daden die de mens redden.
De enige echte voorwaarde is en blijft de nederigheid.
Er zijn maar twee wegen; nederigheid leidt tot de eeuwigheid.
De andere weg leidt tot de dood voor een zeer lange periode.
Deze mensen raakten de hoogmoed niet kwijt; nederigheid is node.
Opnieuw gaan de hoogmoedigen naar de poel van zwavel en vuur.
Na de volgende incarnatie worden ze hopelijk in nederigheid puur.
Openbaring 22:12 Ik kom spoedig, en heb het loon bij me om iedereen te belonen naar zijn daden.
Mattheüs 16:27 Wanneer de Mensenzoon komt, in gezelschap van zijn engelen en bekleed met de stralende luister van zijn Vader, dan zal Hij iedereen naar zijn daden belonen.
Openbaring 19:8 en haar is gegeven zich met blinkend en smetteloos fijn linnen te kleden, want dit fijne linnen zijn de rechtvaardige daden der heiligen.
2 Korintiërs 5:10 Want wij zullen allen voor de rechterstoel van Christus komen te staan, opdat ieder vergelding in zijn lichaam zal ontvangen voor wat hij ermee heeft gedaan, hetzij goed, hetzij kwaad.
Micha 7:18 Wie is een God als Gij, die de ongerechtigheid vergeeft en de overtreding van het overblijfsel van zijn erfdeel voorbijgaat, die zijn toorn niet voor eeuwig behoudt, maar een welbehagen heeft in goedertierenheid!
Openbaring 20:12 Ik zag de doden, de kleinen en de groten, voor de troon staan en de boekrollen werden geopend en een andere boekrol werd geopend, de Boekrol van het Oordeel. En de doden werden geoordeeld op grond van wat in de boekrol geschreven stond, naar hun werken.
Tobit 12:9 Het gebed met vasten, en aalmoezen, en gerechtigheid is een goede zaak. Weinig is beter met gerechtigheid, dan veel met ongerechtigheid. Het is beter aalmoezen te doen, dan goud tot een schat vergaderen. Want aalmoes verlost van de dood en zij zuivert alle zonde af. Die aalmoezen en gerechtigheid doen, zullen met het leven verzadigd worden. Maar ........ als je aan de armen geeft, laat dan je linkerhand niet weten wat je rechterhand doet, opdat je gave in het verborgene zal zijn en je Vader, die in het verborgene ziet, je in het openbaar zal belonen, zegt Mattheüs 6:3-4.
Reactie plaatsen
Reacties